MOTIVATIONEEL – Participatie, met welk doel?

participatieWe lazen onlangs een klaagzang over het gebrek aan participatie rond een bouwproject. Het betreffende artikel gaat over Feyenoord City, maar is tekenend voor wat er in zijn algemeenheid wel vaker misgaat bij participatie. Ook bij andere projecten. Wat kunnen we leren uit de Feyenoord City casus?

Het artikel

Het artikel schetst een schoolvoorbeeld van wat vaak mis gaat bij participatietrajecten. Allereerst worden een gemeentebestuur en -politiek geïntroduceerd die het belang van ‘goede communicatie en participatie’ benadrukken. Maar wat daaronder wordt verstaan, wordt niet helder uitgewerkt.

Vervolgens zijn er de betrokkenen (supporters van Feyenoord, omwonenden, bedrijven) die bepaalde verwachtingen hebben over de participatie. Dat zij niet zullen beslissen over het project is hen duidelijk. Maar zij gaan er wel van uit dat zij worden betrokken bij de gang van zaken, dat hun input wordt gevraagd en meegenomen, dat zij mogen meedenken, dat zij worden gezien als een partij met een bepaalde expertise, en dat zij mogen adviseren.

Ten slotte blijkt dat deze verwachtingen worden gefrustreerd. De ontwikkelaar geeft weinig informatie vrij of doet dat pas laat in het proces, confronteert de betrokkenen met genomen en vaststaande beslissingen, doet enkel aan voorlichting en presentatie, geeft een eenzijdig en in het eigen straatje passend beeld van wat bij workshops is besproken, en lijkt een compleet andere invulling te geven aan de term ‘participatie’ dan de betrokkenen doen. Wat ook blijkt uit hetgeen een Feyenoord-commissaris op een gegeven moment zou hebben opgemerkt, namelijk: “We gaan niet terugkomen op genomen beslissingen. Dit proces is geen democratie.”

Wat gaat er mis?

Het lijkt duidelijk waar het lek zit: namelijk bij de vraag wat onder ‘participatie’ moet worden verstaan. Die term kan immers van alles betekenen. Dat blijkt ook uit de bekende ‘participatieladder‘. Die ladder (waar overigens meerdere uitvoeringen van bestaan) onderscheidt o.a. de volgende vormen van participatie:
– het informeren van betrokkenen
– het raadplegen van betrokkenen
– betrokkenen laten adviseren
– samenwerken met betrokkenen
– betrokkenen laten meebeslissen

Kennelijk bestaan er uiteenlopende vormen van participatie. Dus wanneer je als beleidsmaker niet duidelijk maakt wat in concreto onder participatie moet worden verstaan, kun je te maken krijgen met partijen die bij het begrip elk totaal andere verwachtingen hebben. Net als in de casus Feyenoord City. De betrokkenen (supporters, omwonenden) geven participatie een betekenis die ergens tussen adviseren en samenwerken zit. Terwijl Feyenoord City niet verder lijkt te gaan dan het informeren van betrokkenen. Op een gegeven moment leidt dat tot frustraties.

Vormen van participatie

De oplossing lijkt dan ook eenvoudig. Omschrijf als beleidsbepaler nauwkeurig wat je onder ‘participatie’ verstaat, en communiceer dat duidelijk naar alle betrokkenen. Op die manier voorkom je dat onjuiste verwachtingen worden gewekt. En zo voorkom je frustraties.

Dit vereist echter wel dat je zelf helder voor ogen hebt wat je onder participatie verstaat, en hoe je het vorm geeft. Daarbij is van belang wat je met participatie wilt bereiken.

Doelen van participatie

Impliciete en expliciete doelen van participatie kunnen zijn:
– participatie als doel op zichzelf (als verwezenlijking van een democratisch principe)
– meegaan met de ‘mode’: participatie is ‘in’
– je als politieke partij democratisch profileren
– gehoor geven aan druk van achterban en betrokkenen die participatie eisen
– draagvlak creëren (bij politiek, betrokkenen, maatschappij)
– voldoen aan de wet die in sommige gevallen participatie (‘inspraak’) voorschrijft
– andere doelen

Over deze doelen spreken wij geen waardeoordeel uit. Van belang is vooral om de doelen helder voor ogen te hebben. Dat maakt het immers mogelijk om weloverwogen voor een bepaalde – doelgerichte – vorm van participatie te kiezen.

Draagvlak

Uit de casus Feyenoord City blijkt ons niet dat men (gemeente, Feyenoord) een helder doel voor ogen had bij participatie. Hier en daar duikt echter het woord ‘draagvlak’ op. Men zou draagvlak willen creëren onder betrokkenen.

Ook hier kun je je afvragen wat hier precies mee wordt bedoeld. Enthousiasmeren? Van tegenstanders medestanders maken? Meer medestanders dan tegenstanders zien te krijgen? Draagvlak bij wie? Een bepaalde partij aan je binden? De politiek tevreden stemmen?

Net als ‘participatie’ is ‘draagvlak’ een weinig scherp omlijnd begrip. Het stellen van goede doelen vereist echter dat je de ermee samenhangende begrippen goed uitwerkt en concretiseert.

Pas als je helder voor ogen hebt wat je onder draagvlak verstaat, kun je eraan werken.

Participatie als middel en als doel

Vaak is draagvlak slechts een middel tot een ander, achterliggend, doel. Namelijk: het desbetreffende project zonder al te veel weerstand door de diverse procedures zien te loodsen. In dat geval wordt participatie veelal als middel tot draagvlak gezien, en draagvlak als middel tot voortvarende realisatie van het project.

Wat je hier dan in wezen mee vaststelt, is dat participatie een indirect middel is tot voortvarende realisatie van het project.

Oftewel: participatie als ‘smeermiddel’, of als beïnvloedingsinstrument. Om draagvlak te creëren, en aldus weerstand weg te nemen.

Dat lijkt een logische benadering van het begrip ‘participatie’. Maar zo vanzelfsprekend is het niet. Velen zien participatie namelijk wel degelijk als einddoel op zichzelf. Als wenselijk eindresultaat in een democratische samenleving. Waar participatie toe leidt, doet er dan niet toe.

Ook hier spreken we geen waardeoordeel uit over deze benaderingen. Waar het om gaat is dat alle betrokkenen helder voor ogen moeten hebben waarom er aan participatie wordt gedaan. Pas dan kun je immers handen en voeten geven aan de concrete vorm van participatie.

Weerstand wegnemen

Vaak is participatie echter geen doel op zich, maar is het zoals opgemerkt een indirect middel tot realisatie van een project. Participatie staat dan in dienst van het creëren van draagvlak. En draagvlak in dienst van een voortvarende, weerstandsloze, uitvoering van het project.

Is dat inderdaad het geval, dan heeft dat gevolgen voor de manier waarop je de participatie ‘in de markt zet’. Je zal dan voor alles moeten voorkomen dat de wijze van participatie juist weerstand oproept. Want participatie is een ‘glibberig’ instrument dat zich zomaar tegen je kan keren. Pak je het verkeerd aan, dan bewerkstellig je het tegenovergestelde van draagvlak.

Hierbij is het van groot belang om te beseffen dat mensen vooral hechten aan procedurele rechtvaardigheid. Voor mensen doen niet zozeer de uitkomsten van besluiten ertoe, als wel de manier waarop deze tot stand komen. Dat betekent dat je vooral eerlijk en open naar betrokkenen moet communiceren hoe de procedures vorm zijn gegeven. Dat vereist soms het ‘lef’ om de boodschap te brengen dat de participatie bijvoorbeeld niet verder zal gaan dan het voorlichten van betrokkenen. Of dat betrokkenen slechts zullen kunnen adviseren over bepaalde ondergeschikte aspecten van een project (en niet over de kleur van de grasmat).

Vervolgens is het zaak om je strikt aan de procedurele afspraken en toezeggingen te houden. Want juist ook bij participatie geldt: vertrouwen komt te voet en gaat te paard.

Participatie als een van de middelen

Wanneer je participatie als middel ziet (tot het creëren van draagvlak), dan kun je je vervolgens afvragen of het het enige middel daartoe dient te zijn.

Hier is niet de plaats om andere middelen te beschrijven. We volstaan slechts met de opmerking dat draagvlak niet enkel bij maatschappelijke processen een rol speelt. Zonder ‘draagvlak’ hadden BMW, Nestlé of uw regionale makelaar nooit een product verkocht. Hoe creëren zij draagvlak voor hun product?

Kortom

Weet wat je wilt als je een participatietraject opzet. Bepaal heldere en concrete doelen, bepaal welke wijze van participatie het beste aan het doel beantwoordt en manage de verwachtingen van betrokkenen rond de participatie.

Meer weten?

Als juridisch en motivationeel specialist geven wij adviezen over participatie en over het omgaan met weerstand bij (bouw)projecten. Wilt u meer weten over onze dienstverlening, neem dan vrijblijvend contact met ons op:

Contact

Graag verwijzen wij voor meer informatie ook naar ons rapport ‘Weerstand in Rotterdam!’. In het rapport worden de psychologische bronnen van weerstand tegen bouwprojecten besproken, en de manier waarop daar mee om kan worden gegaan.