ALGEMEEN – Omgevingswet
De nieuwe Omgevingswet is de afgelopen week in het nieuws geweest. De ICT-waakhond van de overheid was niet bepaald te spreken over de technologie die met de wetsherziening gepaard gaat. Advies: introduceer maar een lichtere vorm. Of iets waar je in ieder geval zeker van bent dat het tijdig functioneert. Er wordt steeds meer gepleit tegen de nieuwe wet. Aan de andere kant is er sprake van een spreekwoordelijke mammoettanker die op koers ligt. Die draai je niet zomaar om. Wat moeten we hier allemaal van denken?
Niet voor niets
Een belangrijke les uit de (sociale) psychologie is dat je beter ten halve kan keren dan ten hele dwalen. Oftewel: neem tijdig je verlies. Daar tegenover staan echter net zulke belangrijke lessen: geef niet te snel op. En: na regen komt zonneschijn. En zoals een kennis van ons onlangs zei in verband met de Noord-Zuidlijn in Amsterdam: “Jajaja, maar we hebben nu wel een prachtige metrolijn!”
Dus wat moeten we zeggen over de nieuwe Omgevingswet? Stoppen, of doorgaan?
Wel, wat ons betreft natuurlijk doorgaan. Want dit gaat voor bakken aan werk voor juristen zorgen. Maar dat is niet helemaal een eerlijk argument. Hoewel werkgelegenheid op zich best een argument mag zijn. Punt is echter dat het niet als argument voor de nieuwe wet is aangevoerd. Dat argument was namelijk: vereenvoudiging.
Vereenvoudiging
Als je de nieuwe wet zo doorleest dan valt toch vooral op dat het hele proces er een is van een herschikking van bestaande regels. We maken van vele uiteenlopende wetten een integrale wet. Dan is al die regelgeving niet zo verspreid, zo dacht men. En dat is handig voor de ‘stakeholders’ (waaronder de burger). Punt is echter dat dat er toe leidt dat we straks met een hele omvangrijke wet zitten. En dat geldt nog meer voor de amvb’s en de ministeriële regelingen. Want “slechts vier amvb’s!” klinkt hartstikke leuk, totdat je beseft dat elk van die vier amvb’s honderden pagina’s bevat. Wat dat betreft hadden we al die afzonderlijke bestaande wetten misschien beter op een handige manier kunnen boekbinden.
Onderliggend probleem
Het probleem met de nieuwe Omgevingswet is dat er niet echt afstand wordt gedaan van de bestaande wetssystematiek. Er wordt hier en daar wat gerommeld met participatie en bevoegdheden. En we gaan bordjes verhangen. Zo krijgen we een integraal omgevingsplan per gemeente. Maar de overgangsperiode na inwerkingtreding van de wet geeft al aan wat er eigenlijk aan de hand is: de bestaande bestemmingsplannen worden geacht met elkaar dat ene omgevingsplan te vormen. Dus wat verandert er dan eigenlijk behalve dan dat de hele familie eenzelfde achternaam krijgt?
Europa
Een ander probleem is dat veel regels vanuit Brussel worden gedicteerd. Dus de nationale wetgever heeft niet veel inhoudelijke speelruimte. Dat geldt vooral voor regels op het gebied van het milieu. Een terrein dat niet voor niets een groot deel van de ruimtelijke ordening uit maakt. Die vaststaande inhoud noopt er kennelijk toe om louter te morrelen aan termen en aan de bijeenbundeling van regels.
Microsoft
Het hele gedoe doet een beetje denken aan wat een ICT-jongen ons ooit vertelde over Microsoft en Windows. Microsoft komt eens in de zoveel tijd met allerhande pleisters en verbandjes om het systeem up to date te houden. Zodat het bestand zou zijn tegen hackers, maar ook compatible kon blijven met andere systemen. Volgens hem zou het beter zijn om eens in de zoveel tijd helemaal volledig afstand te doen van de basis van het systeem. Want waar we nu mee zitten is een systeem dat uit de spreekwoordelijke middeleeuwen stamt en dat met steeds nieuw aangebrachte en aan te brengen bandaids bij elkaar wordt gehouden. Kap er gewoon een keer mee, en bouw iets nieuws, en vooral: iets beters, van ‘scratch’ af aan. Aan de hand van de meest recente inzichten.
Oftewel, om er maar weer eens een ander spreekwoord in te gooien: zachte heelmeesters maken stinkende wonden.
BW
En dat kan heus. Tijdens onze jaren aan de universiteit hebben we veel gehoord en geleerd over Eduard Maurits Meijers, de grondlegger van het huidige Burgerlijk Wetboek. En in dat kader hebben we vooral veel te horen gekregen over “Het Systeem”. Het BW is een systeem, en is gebaseerd op zeer stevige fundamenten. Dat is begonnen met een kleine basis (begrippen) en is uiteindelijk vormgegeven tot een overzichtelijk Burgerlijk Wetboek. Een wetboek dat basis kan vormen voor allerhande verwante burgerlijke wetgeving. En – en dat is juist zo belangrijk! – dat is verworden tot een rechtsgebied waar juist heel veel wordt overgelaten aan open normen (zoals de redelijkheid en de billijkheid). Oftewel: iets met een kern die hard genoeg is om te kunnen omgaan met ‘zachte entiteiten’ zoals beginselen, principes en jurisprudentie.
Bestuursrecht
In het bestuursrecht is het omgekeerd. Het mist juist een harde kern of basis, en is vanuit die holte tot wasdom gekomen. Het gevolg is dat er rondom een zachte kern (een kern die bestaat uit jurisprudentie en beginselen) een zeer harde schil is voortgekomen die bestaat uit gespecialiseerde regels (zoals die op het gebied van de ruimtelijke ordening). Het hele bestuursrecht is aan de buitenschil volledig dichtgemetseld met regels. En dat gaat van Grondwet tot gemeentelijke verordening. Het is daardoor een zeer dicht gewoekerde jungle geworden. Hol aan de binnenkant, en dichtgemetseld aan de buitenkant. En daar brengt je geen verandering in door een specialistisch bestuursrechtelijk gebied – zoals het omgevingsrecht – anders vorm te geven. Het pakt althans de kern van de problematiek – de onoverzichtelijkheid – niet aan.
Awb
De Awb had een ‘Meijersiaanse’ onderneming moeten worden. Maar ze werd geboren in een tijd waarin het milieurecht en Europa opkwamen. Plus dat de Woningwet en de Wet op de Ruimtelijke Ordening al vaste voet aan de grond hadden, waardoor de zijtakken meer volwassenheid hadden dan de stam. Dat gevecht moest de Awb dus wel verliezen. Hoewel ze veel formaliteiten uit die bijzondere wetten heeft weg te snoepen. Maar qua systeem heeft ze geen echte indruk weten te maken. Met als gevolg dat teveel procedurele afwijkingen en bestuursrechtelijke bijzonderheden konden blijven bestaan. En het is juist dat wat het bestuurs-, milieu- en omgevingsrecht zo onoverzichtelijk maakt.
Grondig ingrijpen, of niks doen
Het is misschien vreemd om te zeggen, maar misschien heeft men de lat te laag gelegd door alleen het omgevingsrecht aan te pakken. Wil je echt slagen maken in omgevings- en bestuursrecht, dan zal je iemand a la Meijers een paar decennia moeten geven om het hele bestuursrecht aan te pakken. Vanuit zijn zolderkamer.
Die iemand zal dan, net als Meijers, moeten komen tot een harde bestuursrechtelijke kern. En met een basis die, mede aan de hand van open normen, ruimte biedt voor jurisprudentie en internationaalrechtelijke vernieuwingen.
Oftewel, een harde kern en een zachte buitenschil, in plaats van (de bestuursrechtelijke) holle kern en harde buitenschil.
Vragen en advies over het bestuursrecht
Hebt u vragen over het omgevings- of bestuursrecht? Neem dan contact met ons op:
Wij overleggen graag met u, praten graag over de ins and outs van uw situatie en geven u graag advies. Voor een kennismaking of eerste gesprek brengen wij geen kosten in rekening.