BESTUURSRECHT – Het inperken van het beroepsrecht om sneller te kunnen bouwen
De regering overweegt om het bezwaar- en beroepsrecht te gaan beperken voor lieden die bouwprojecten willen verhinderen. Het zijn nog maar verkennende voorstellen. Een mogelijkheid is om rechtspraak in twee instanties af te schaffen en te beperken tot één instantie. Ook wordt overwogen om de mogelijkheden voor belangenclubs te beperken. Het zijn juist die laatsten die veel successen boeken in milieukwesties. Het zou de overheid een voordeel zijn als ze worden uitgeschakeld. Maar is dat niet een zwaktebod?
Belang
Als je in Nederland bezwaar of beroep wilt instellen tegen een overheidsbesluit, dan moet je een belang hebben bij dat besluit. En dat heb je niet als je vanuit Maastricht bezwaar maakt tegen een windmolen in Den Helder. Nou kun je als belangenclub zo’n belang wel naar je toe trekken. Je neemt in je stichtings- of verenigingsstatuten op dat je een milieubelang behartigt, en ineens word je door de bestuursrechter toegelaten tot je beroep.
De laatste tijd zijn het dit soort clubs die de ene na de andere overwinning op de overheid behalen voor zover het milieukwesties betreft. Zie CO2 en stikstof. Alle recente beroemde uitspraken zijn behaald door milieubelangenclubs. Nooit door op zichzelf staande particulieren. En nooit door partijen die daadwerkelijk en in persona schade hebben geleden of dreigden te lijden door enige normoverschrijding.
Dus je kunt je voorstellen dat de overheid afwil van de mogelijkheid voor dit soort clubs om bezwaar en beroep in te stellen. Ze zijn een luis in de pels, terwijl ze (athans, hun leden) zelf geen enkele last ondervinden van overheidsbesluiten.
Weliswaar worden ze in een formeel (statutair vastgelegd) belang getroffen door die besluiten. Maar is dat belang niet juist een belang waarvoor je kunt opkomen in democratische zin? Dat wil zeggen: kunnen ze niet gewoon een politieke partij oprichten en proberen over die band de doel te beïnvloeden?
Goede besluiten
Daar staat dan weer tegenover dat dit soort belangenclubs niks anders doen dan normoverschrijding aan de orde stellen bij de bestuursrechter. Misschien is er geen particulier die schade lijdt door die normschending, maar feit blijft dat de overheid een norm schendt als de belangenclub als belangenclub in het gelijk wordt gesteld. Dat is de hele crux van de stikstofuitspraken. Niemand kwam in het geweer, behalve de belangenclubs, en zij werden in het gelijk gesteld. En dus: de overheid heeft zich niet gehouden aan de normen die voor de overheid gelden. Maakt het dan uit op wiens initiatief dat wordt vastgesteld?
Moet je dat als overheid willen pareren door dit soort clubs de wapens uit handen te nemen? Wat zeg je daarmee als overheid? Dat je wilt wegkomen met normschending voor zover daartegen geen bezwaar of beroep mogelijk is? En wil je dus de mogelijkheden voor bezwaar en beroep wegnemen om zo normschending mogelijk te maken?
Je ziet het een ambtenaar al denken: laten we hier maar gif lozen want er zijn in de nabije omgeving toch geen beroepsgerechtigden…
De overheid moet altijd aan de normen voldoen
Nee, ieder willekeurig besluit van de overheid dient ten volle te voldoen aan welke geldende norm dan ook. En het ontbreken van belanghebbenden mag nooit betekenen dat ‘artikel 5’ van toepassing is (tussen de vingers doorkijken). Daar ben je immers overheid voor.
Dus ook in die gevallen dat er geen enkele tegenstand van wie dan ook te verwachten is, zou vanuit de overheid verwacht mogen worden dan men vanuit zichzelf de geldende normen toepast. Het gaat niet aan om te overwegen of men wel of niet ‘betrapt’ kan worden.
Wanneer je aan de regering vraagt waarom zij het beroepsrecht van wie dan ook willen afschaffen, zal die regering nooit mogen antwoorden: “om dingen te kunnen doen die eigenlijk niet mogen.”
En daarmee kan meteen worden vastgesteld dat om die reden het bezwaar- en beroepsrecht van de belangenclubs niet mag worden afgeschaft.
Andere redenen
Dit alles laat onverlet dat er in Nederland veel tactisch wordt geprocedeerd. Veel bezwaar en beroep wordt ingesteld om zaken te vertragen. En ook in eerdere blogs heb ik aangegeven dat het bestuursrecht mogelijkheden geeft om misbruik van procesrecht te maken.
De mogelijkheden van misbruik hangen veelal samen met vertraging. Vertraging verhoudt zich slecht tot het bouwproces en de bouwfinanciering.
Wat dat betreft kun je je afvragen of de hedendaagse rechtspraak nog wel voldoende is geoutilleerd. Het procesrecht – of dat nou bestuursrechtelijke of civielrechtelijk is – heeft veel 19e eeuwse trekken. We varen op recht uit voorbije eeuwen. We schrijden voort in zwarte toga’s en witte befs en ontmoeten elkaar in onbezuurstofte zaaltjes om daar stotterend en hakkelend stellingen over en weer te werpen alsof zowel de 20ste als de 21ste eeuw aan ons voorbij zijn gegaan.
Doe daar iets aan! Maak het recht modern!
Vragen en advies
Hebt u vragen over het recht? Neem dan contact met ons op:
Wij overleggen graag met u, praten graag over de ins and outs van uw situatie en geven u graag advies. Voor een kennismaking of eerste gesprek brengen wij geen kosten in rekening.
Willem Brakenhoff