De nieuwe Omgevingswet is de afgelopen week in het nieuws geweest. De ICT-waakhond van de overheid was niet bepaald te spreken over de technologie die met de wetsherziening gepaard gaat. Advies: introduceer maar een lichtere vorm. Of iets waar je in ieder geval zeker van bent dat het tijdig functioneert. Er wordt steeds meer gepleit tegen de nieuwe wet. Aan de andere kant is er sprake van een spreekwoordelijke mammoettanker die op koers ligt. Die draai je niet zomaar om. Wat moeten we hier allemaal van denken?
Moet je altijd een jurist inschakelen als je een juridische kwestie aan de hand hebt? Wel, laten we de vergelijking maken met het raadplegen van een arts. De meeste mensen weten eigenlijk zelf wel wanneer het daar tijd voor is. Dat hoef je niet voor ieder griepje te doen. Maar als je iets ergers vermoedt, dan kan het geen kwaad om even af te hechten bij een deskundige. En die hoeft je niet meteen open te snijden (of een rechtszaak aan te spannen). Maar die kan ook even een MRI-scannetje maken (de juridische kwestie even kort doorlichten). Toch kun je qua juristerij meer zelf doen dan qua gezondheid. In het juristenvak vallen er namelijk niet zomaar ‘gewonden’. Vraag is: wat kunt u zelf doen? Deze keer: pro forma bezwaar of beroep.
Vandaag – 28 oktober 2020 – is het Invoeringsbesluit Omgevingswet gepubliceerd in het Staatsblad. Het besluit is een van de diverse regelingen die tezamen het nieuwe stelsel van de Omgevingswet gaan vormen.
Onlangs schrokken wij nogal van dit bericht in NRC van 11 oktober jl.. Iemand kreeg via sociale-mediakanalen een foto toegestuurd die zou kunnen worden opgevat als kinderpornografisch. Door instellingen van z’n cloudabonnement belandde de foto automatisch op OneDrive van Microsoft. Daarmee overtrad de man een regel uit de overeenkomst met Microsoft en werd hij voor altijd van de cloud verbannen. Van het ene op het andere moment. Terwijl er decennia aan herinneringen waren opgeslagen.
We gaan verder met het kennisdelen. De vorige keer ging het over het publiekrecht, het staatsrecht en bestuursrecht. Deze keer duiken we in de vraag “wat heeft de overheid met privaatrecht te maken?” Want een mens hoort altijd ‘outside the box’ te denken. Zeker wanneer een of andere wetenschap heeft gemeend de wereld in categorieën te moeten indelen. In de ‘echte’ wereld bestaan die immers niet. En dus moet je altijd op je hoede zijn wanneer iemand zegt dat iets per se tot dit of dat domein hoort.
Vaak weet een mens niet wat ie allemaal weet. Zo stonden we laatst iemand aan te gapen die ‘even een websitetje’ maakte. Hij op zijn beurt stond ons aan te gapen toen we hem vroegen hoe hij dat in ’s hemelsnaam deed. ‘Nou, gewoon’ was zijn antwoord. Een antwoord dat wij vaak geven als we mensen naar links of naar rechts sturen in het juridische oerwoud en die mensen ons vragen ‘waarom die kant op?’ Reden voor ons om eens wat basale kennis te delen over dat ‘oerwoud’. Dat doen we in onze nieuwe rubriek KENNIS DELEN. Met deze keer: publiekrecht en privaatrecht (1).
Veel mensen hebben inmiddels gehoord van de zogenaamde ‘vergunning van rechtswege’. Oftewel, de vergunning die een aanvrager automatisch verkrijgt als de overheid niet reageert op zijn aanvraag. Aan deze regeling zitten wat haken en ogen, waar we in dit blogbericht op ingaan.
Burgemeester en wethouders van Rotterdam hebben onlangs een concept voor de besluitvorming over het bestemmingsplan voor Feyenoord City gepubliceerd. De vaststelling van het bestemmingsplan is aan de gemeenteraad. Voor wanneer die vergadering is geagendeerd, weten wij nog niet. Maar feit is dat die aanstaande is.
Wij opereren graag voor beide zijden van het bestuursrechtelijke spectrum: de overheid en de burger. En dat zouden meer juristen moeten doen, want zo doe je nog wel eens wat inlevingsgevoel op. Neem het fenomeen Wob-verzoek: snel over de schutting gegooid, maar, o man, wat zadel je de boel op met werk…
Het is lang geheim gehouden, maar inmiddels bekend geworden: projectontwikkelaars zijn bereid om honderdduizenden euro’s uit te geven aan bezwaarmakers om hen hun bezwaren te laten intrekken. Zie hier het artikel in het AD van 12 september 2020. Tot nog toe waren het enkel rechters, hoge ambtenaren en andere ‘ingewijden’ die er gebruik van maakten, zo blijkt uit het artikel. Maar waarom zouden ‘gewone’ mensen dat niet eens gaan doen?