MOTIVATIONEEL – Het voorkomen van weerstand tegen (bouw)projecten (3)
Omwonenden komen nogal eens in verzet tegen (bouw)projecten. Wij hebben onderzoek gedaan naar de psychologische mechanismen achter deze weerstand, die ook wel (ten onrechte) ‘Nimbyisme’ wordt genoemd (zie onze eerdere blogs: hier en hier). In deze, en komende, weblog(s) bespreken we de aanbevelingen uit ons onderzoek die gaan over de manier waarop met weerstand kan worden omgegaan. Vandaag: complottheorieën.
De vrees om informatie te delen
Bij ambtenaren (en misschien wel bij iedereen) bestaat er een soort van voorzichtigheid voor wat betreft het delen van informatie. De benadering lijkt te zijn: ‘niet delen, tenzij…’ Informatie is tegenwoordig natuurlijk een waardevol goed. Het is geld waard. Maar dat lijkt voor de ambtenaar niet het belangrijkste argument te zijn om zijn kaarten tegen de borst te houden. De ambtenaar is bang dat het verstrekken van informatie over een (bouw)project tot hevige emoties en navenante weerstand bij de omwonende zal leiden (“Als ik ze vertel hoe hoog dit gebouw gaat worden, breekt direct de pleuris uit…”).
Gevolgen van deze vrees
Het gevolg van deze vrees voor weerstand is dat de ambtenaar het achterste van zijn tong niet laat zien. Hij praat in wollige taal. Gebruikt veel jargon. Verwijst naar anderen. Naar de wet, of naar procedures. Hij houdt stukken achter. Stuurt een formeel Wob-besluit (en dossierstukken met de bekende dikke, zwarte strepen door delen van de tekst). Hij hakkelt. Beantwoordt vragen niet direct. Is traag in zijn antwoorden. Et cetera.
Indruk op de omwonende
De omwonende die met dit gedrag van de ambtenaar wordt geconfronteerd, staat natuurlijk meteen op scherp. Voor hem is het alsof hij naar zijn huisarts gaat om de uitslag van een test te vernemen. En dat de huisarts dan begint te stotteren, te zweten en ineens zegt dat ie nog even niks kan zeggen. Het hoofd van de patiënt slaat dan meteen op hol. De meest vreselijke gedachten komen bij hem op. De patiënt gaat het gedrag van de arts interpreteren. En de informatie die hij van zijn huisarts niet krijgt, vult hij zelf in. Volgens een worst-case scenario.
Complottheorieën
En zo ontstaan de bekende complottheorieën. De basis daarvan is een gebrekkige informatievoorziening. Mensen denken eerst: “Hij lijkt wel iets achter te houden”. Vervolgens: “Waarom zal hij het achter houden?” En ten slotte: “Het zal wel iets ernstigs zijn, wat hij niet met ons wil delen.”
Waarna een eigen invul-oefening begint op basis van angstige voorgevoelens, en op basis van een worst-case scenario. Met als resultaat een flinke dosis weerstand tegen het desbetreffende bouwproject.
Vertrouwen
Plus: elk vertrouwen is weg. Want het is lastig om personen die geen open kaart spelen te vertrouwen. En is het vertrouwen eenmaal weg, dan blijft het veelal weg. Want het wantrouwen wordt de bril waardoor iedere nieuwe bejegening door de overheid, en ieder nieuw stuk informatie wordt bekeken. Zelfs een bos bloemen wordt ineens gewantrouwd.
Selffullfilling prophecy
En zo wordt het niet verstrekken van informatie uit vrees voor weerstand, zelf een bron van weerstand. En wel van een weerstand die vele malen heviger is dan het geval zou zijn wanneer direct open kaart was gespeeld door de overheid. Want vaak wordt informatie achtergehouden die de omwonende best had kunnen hebben. Zeker als die met respect, direct en onomwonden was gedeeld. En een beetje uitleg en toelichting wil ook nog wel eens helpen.
Een uit ons onderzoek volgende aanbeveling is dan ook om zonder noodzaak geen informatie achter te houden.