ALGEMEEN – Nog meer grondrechten
Zoals gezegd : grondrechten worden steeds belangrijker. Niet zozeer vanwege de dreigende schending ervan door de staat, maar veeleer in ‘horizontale’ zin. Oftewel tussen burgers en bedrijven onderling. Sinds de jaren 80 van de vorige eeuw worden steeds meer publieke diensten geprivatiseerd. En het kan toch niet zo zijn dat daarmee de gebondenheid aan grondrechten wordt ontlopen? En wat te denken van moderne private diensten van algemeen belang, die van meet af aan al nooit door de overheid zijn verleend?
Private diensten van algemeen belang
Vroeger waren post- en telegrafiediensten in overheidshanden. En omdat ze in overheidshanden waren, waren daarop de grondrechten van toepassing. U kent ze wel : de vrijheid van meningsuiting, het briefgeheim, het discriminatieverbod, etc.. Zo herinneren we ons nog de PTT. Maar die PTT is allengs verworden tot een grote private onderneming waar de staat niks meer mee te maken heeft. Daar hebben jaren van privatisering voor gezorgd. Betekent dat dat die grondrechten niet meer van toepassing zijn op de dienstverlening?
Verticale werking
Die vraag moet worden gesteld omdat grondrechten van oudsher enkel van toepassing zijn op de relatie overheid – burger. Wat ook wel ‘verticale werking’ wordt genoemd.
De grondrechten bestaan al sinds de tijd van de grote 18e eeuwse filosofen, maar ze kregen pas echt waardering na de Tweede Wereldoorlog. Tijdens die oorlog werden de grondrechten van mensen geschonden door diverse staten. Dat behoeft verder geen toelichting. Net zomin als u de diverse oorlogstribunalen zullen zijn ontgaan. Die maakten vooral duidelijk dat de grondrechten gelding hebben, ook als een staat bij wijze van democratisch besluit deze (tijdelijk) opschort.
Maar het ging daarbij altijd om rechten die golden in de relatie staat – burger. Het was immers steeds de staat die de rechten schond. Het was de staat die discrimineerde, folterde of inbrak op de privacy.
Horizontale werking
Er zijn echter twee bewegingen die maken dat men zich is gaan afvragen of de grondrechten enkel verticale werking moeten hebben. In de eerste plaats is er het hierboven beschreven feit dat veel overheidsdiensten in private handen zijn gekomen. Betekent dat dat die private eigenaars zich ineens niet meer aan de grondrechten hoeven te houden?
En in de tweede plaats hebben we met zijn allen sinds – pakweg – medio jaren 1990 van doen met een aan belang toenemend cohort aan private communicatiemolochen die nimmer in publieke handen zijn geweest. U kent ze wel : de Facebooks, YouTubes, Googles en Amazons van deze wereld.
Hoeven zij zich niks aan te trekken van de grondrechten, louter omdat ze geen overheidsinstanties zijn?
Wat dat betreft hoor je nog wel eens de tegenwerping “wij zijn een private onderneming en je hóeft geen contract met ons te sluiten!” wanneer een partij als YouTube een account dicht gooit vanwege een vage en niet nader toegelichte ‘schending van de huisregels’, en de afnemer zich beroept op de vrijheid van meningsuiting.
YouTube krijgt in dergelijke gevallen nog wel eens gelijk. Maar het tij lijkt toch te keren…
Milieuzaken
De rechter wil nog wel eens horizontale werking van grondrechten aannemen. Vaak doet de rechter dat door een privaatrechtelijke norm in te vullen aan de hand van een grondrecht. Zo geldt in de relatie tussen private partijen de norm van redelijkheid en billijkheid. En in het privaatrecht bestaat natuurlijk ook het fenomeen onrechtmatige daad. De rechter wil de mate van redelijkheid en/of rechtmatigheid dan nog wel eens invullen aan de hand van de grondrechten.
Iets dergelijks zien we ook steeds vaker in milieuzaken. Nog los van het feit dat de overheid op grond van grondrechten verplicht kan worden om te zorgen voor horizontale milieuwetgeving blijkt een vervuilende activiteit door een privaat bedrijf onrechtmatig te kunnen zijn tegenover anderen. De overtreden norm is dan die van het rechtmatig handelen, maar de invulling ervan geschiedt over de band van de grondrechten.
Internetmolochen
Zo zal het ook gaan met het handelen van de internetmolochen. De diensten die zij verlenen hebben een publiek belang. En in vroeger tijden zouden dit staatsbedrijven bij uitstek zijn geweest, vergelijkbaar met de PTT.
Wie kan er zonder YouTube, Facebook of Microsoft? Mogen deze bedrijven zomaar iemand vanwege vage private huisregels van de dienstverlening afsnijden onder het mom van ‘ga maar naar de concurrent’? Probleem is immers dat er geen concurrent is.
Toch gebeurt dit soort zaken regelmatig. Mensen worden van verdere dienstverlening uitgesloten vanwege een ‘overtreding van de huisregels’. Op deze wijze zijn mensen grote hoeveelheden informatie (foto’s, tekst, video, etc.) kwijtgeraakt doordat zij van een private cloud werden afgesneden waarin zij hun hele hebben en houden hadden bewaard.
Vaak kunnen deze ‘slachtoffers’ zelf wel invullen wat waarschijnlijk de oorzaak was. Sommige mensen opereren nu eenmaal op ‘het randje’. Sommige mensen hebben de neiging om alternatieve meningen te verkondigen, vage kunst te verspreiden en kritiek te hebben op overheidsbeleid. Maar júist in die gevallen – en vóór die gevallen – zijn de grondrechten van zo wezenlijk belang. Het zijn immers de minderheden die tegen de meerderheid moeten worden beschermd, de zwakkeren tegen de sterken en de afwijkenden tegen de conventionelen. En die bescherming horen zijn van de grondrechten te krijgen.
Het zijn immers juist de alternatieven die tot nieuwe inzichten komen, voor nieuwe wetenschappelijke doorbraken zorgen en kunst met een hoofdletter ‘K’ weten te maken. Je moet er niet aan denken dat YouTube de communicatie van een nieuwe Einstein, Copernicus of Van Gogh onmogelijk maakt vanwege een vage schending van de huisregels.
Vragen en advies
Hebt u vragen over het belang van grondrechten in uw geval? Neem dan contact met ons op:
Wij overleggen graag met u, praten graag over de ins and outs van uw situatie en geven u graag advies. Voor een kennismaking of eerste gesprek brengen wij geen kosten in rekening.