ALGEMEEN – Het Wilders-proces

Wat kunnen we nu eigenlijk van het Wilders-/’Minder-minder’-proces leren? Wel, de inhoud van het proces even daargelaten, natuurlijk dat de rechtspleging een zeer eigenaardig instituut is dat in wezen niet geschikt is om de samenleving te dienen. Dat lichten we graag even toe…

Wilders II

De zaak behoeft geen introductie. En zo wel, Google het dan maar, of kijk even op Wiki. De ‘Minder-minder-zaak’ heet daar overigens ‘Tweede Wilders-zaak’ omdat er al een nummer 1 was. Die ging over de film Fitna.

Hoe dan ook blijkt dat de zaak Wilders II begon met een aanklacht in maart 2016. Die leidde tot een uitspraak in eerste aanleg op 9 december 2016. Wilders ging vervolgens in beroep, en arrest werd op 4 september 2020 gewezen. De mensen mogen ook nog naar de Hoge Raad.

Kortom, er is 4,5 jaar overheen gegaan. Tot nog toe.

Duidelijke feiten

Over de feiten hoefde niet veel geprocedeerd te worden. De uitspraak van Wilders (‘minder-minder’) was op TV vastgelegd. Bewijskwesties waren niet aan de orde. Het kwam in de 4,5 jaar durende procedure dus enkel aan op de juridische waardering van de feiten. Plus natuurlijk het gedonder met ministers e.a. die persoonlijk de vervolging van Wilders zouden hebben bevolen.

Het zal allemaal wel.

De vraag waar wij ons voor gesteld zien, is wat dit hele circus nu eigenlijk zegt over de (meer)waarde van het instituut rechtspleging voor de samenleving.

Klassenjustitie (of: ‘klassenadvocatuur’?)

Laten we voorop stellen dat geen ‘gewone’ verdachte van discriminatie of groepsbelediging het ooit voor elkaar zal krijgen om de rechtspleging 4,5 jaar bezig te houden. En dat het maar voor weinigen is weggelegd om een peperdure advocaat als Geert-Jan Knoops onbeperkt de tijd te geven om de verdediging te voeren. Laat staan dat het een advocaat wordt toegestaan om überhaupt langer dan vijf minuten het woord te voeren bij een rechter.

De gewone man / vrouw is slechts een dossier dat zo snel mogelijk van het bureau van de rechter af moet. De advocaat een stotterende lastpak. Wat dat betreft zegt het Wilders II-proces helemaal niks over de rechtspleging. En al helemaal niets over het nut van het instituut voor de samenleving.

Casino-rechtspraak

Vervolgens blijkt uit de hele gang van zaken bij het Wilders II-proces, dat de rechtspleging een casino is. De feiten stonden vast. In tijden waarin er over wordt nagedacht om de rechtspraak te automatiseren, zou je denken dat wanneer je de feiten er aan de linkerkant in stopt, de uitspraak er als vanzelf aan de rechterkant uitkomt. Maar niks blijkt minder waar. De appelrechter (het hof) ‘waardeerde’ de feiten toch net weer even anders dan de rechtbank.

Was het dat ene zinnetje van Knoops? Een blik in zijn ogen tijdens het pleidooi? Hadden de media invloed? Of had de rechter toch een beetje last van zijn politieke kleur? We weten het niet. Maar wat we wel weten is dat hele duidelijke feiten kennelijk niet tot eenduidige oordelen leiden.

Daarbij is het ook nog eens de vraag of zo’n ‘TV-advocaat’ nou daadwerkelijk gewicht in de schaal legt. Is Knoops zo goed, of zou iedereen die onbeperkte tijd en financiële mogelijkheden krijgt zo goed zijn? Lekker kunnen lullen op TV maakt je nog geen goed advocaat. Daar zijn veel voorbeelden van in ‘’t wereldje’.

Hoe dan ook blijkt er geen lijn te trekken op de rechtspraak. Je kunt jurisprudentie studeren tot je een ons weegt, maar zekerheid krijg je nooit. Er spelen hele fijne mechanismen die de rechter naar het ene dan wel het andere laten overhellen. Als een balletje in een roulette. Maar niemand weet hoe dat balletje een zetje krijgt.

Het duurt lang…

4,5 jaar hebben ze er over gedaan. Tot nu toe. Je roept iets in 2016. En vervolgens ben je in 2020 nog bezig. Natuurlijk heeft in dit geval de verdachte de boel zelf redelijk weten te rekken. Maar misschien heeft ie dat wel op basis van een goede juridische strategie gedaan. Het gedonder met de minister moest natuurlijk wel even aan de orde worden gesteld.

Maar goed, dan nog. 4,5 jaar is wel heel lang. Maar intussen wel zeer tekenend voor de rechtspleging. Het duurt jaren voordat er eens een einduitspraak komt in een kwestie. Dat is zuur voor de verdachten. Maar ook voor de slachtoffers. En bovendien zijn die vertragingen niet alleen aan de hand in het strafrecht, maar ook in andere rechtsgebieden. De bouwsector klaagt er al decennia over dat alle procedures over bouwvergunningen zo lang duren.

Nou kun je daar tegenover stellen dat niet alle rechtszaken zo lang duren als in het geval van Wilders. Maar dan moet je je kennelijk ernstig afvragen waarom dat zo is. Worden die andere rechtszaken minder serieus genomen dan die van Wilders? Zijn de rechtsvragen daar minder interessant (hoe lang moet het trouwens duren om een interessante rechtsvraag te beantwoorden: jaren?). Is het ‘plegen’ van kwaliteitsrecht bij gewone mensen minder belangrijk? En waarom duurt het dan desondanks, wellicht geen 4,5 jaar, maar toch wel heel erg lang?

Er staat voor ‘gewone’ mensen behoorlijk veel op het spel bij rechtszaken. Meer dan bij personen als Reve (het ‘Ezelproces’) of Wilders. Die de rechtspleging enkel lijken te gebruiken voor pr-doeleinden. Toch neemt de rechtspraak in hun gevallen niet de moeite om eens even goed te luisteren naar een advocaat. Ga voor de gein eens een dagje meekijken bij een rechtbank. Zie eens hoe onbeschoft verdachten en advocaten worden toegesproken door rechters.

Wat moet de gewone mens bij de rechtspleging?

De rechtspleging bedient lieden als Geert Wilders graag. Er wordt tijd voor uitgetrokken. Advocaten mogen urenlang pleiten. Ook als het om een nonsens zaak gaat (belediging). Er wordt 4,5 jaar tijd aan besteed. Alles wordt uit de kast getrokken.

Iets dat niet gebeurt wanneer het om zaken over leven en dood, over gezin en familie of over het wel en wee van de gewone mens gaat. Dan wordt de advocaat na 5 minuten de mond gesnoerd. Wordt hem of haar duidelijk gemaakt dat de tijd van de Rechtspraak schaars is en dat rechters wel wat beters hebben te doen dan luisteren naar hakkelende advocaatjes en blozende burgers.

Intussen lopen de achterstanden bij de Rechtspraak gigantisch op. Dan gaat de Rechtspraak ineens ‘achterstanden’ wegwerken. Denkt u dat een advocaat van een verdachte dan gelegenheid krijgt om iets te zeggen? Natuurlijk niet. Die wordt met irritatie aangehoord.

Dan zien we ook bij de hoogste bestuursrechter, de Raad van State. Die nodigt procespartijen uit voor een zitting omdat dat nu eenmaal moet vanuit de mensenrechten. Maar in de uitnodigingsbrief staat wel alvast dat het niet de bedoeling is dat er wordt gepleit bij de Raad van State. De Raad van State wordt geacht het dossier te kennen, en stelt vragen aan procespartijen.

Verder mag u uw mond houden.

Rechtspleging

Het is natuurlijk ook teveel gevraagd om van de Rechtspraak een keurige ‘Wilders-behandeling’ te krijgen in rechtszaken. De rechter heeft ’s ochtends op zijn bureau een stapel dossiers liggen die naar verloop van de dag lager wordt. Daar vaart ie op. En daarbij is geen ruimte voor uitgebreide vonnissen en onderbouwingen. Voor Jan met de Korte Achternaam geldt daarom wel dat de feiten er links ingaan en het vonnis er rechts uitkomt. Daar komt nauwelijks enige menselijke overweging aan te pas. En die vijf minuten dat een dure advocaat even mag stotteren is puur voor de vorm. Hetgeen die advocaat zelf ook wel weet. Juist in de advocatenbranche zie je mensen heel snel afglijden van idealistisch tot berustend. Er valt geen eer aan te behalen. Tenzij iemand als Wilders je betaalt om alles uit de kast te halen en vooral niet op de kosten te letten.

De particulier moet geen rechtszaken aangaan

We zien in de advocatuur gebeuren wat ook elders gebeurt. Een concentratie van groten en een verdwijnen van kleinen. In het Europese voetbal zijn er circa tien clubs die jaarlijks de prijzen verdelen. De rest leidt een kwijnend bestaan. En zo gaat dat in het bedrijfsleven, en in de advocatuur. Mede onder druk van de diverse orden van advocaten worden steeds stringentere en duurdere eisen gesteld aan kleine kantoren.

Het gevolg is dat rechtspraak en advocatuur en nog enkel zijn voor de lieden die de ‘Knoopsen’ onbeperkt gelegenheid tot procederen kunnen geven. De burger en het MKB hebben helemaal niks meer te zoeken in de rechtspleging.

En dat is precies hetgeen we hebben kunnen leren uit het Wilders II-proces.

Vragen en advies

Hebt u vragen over een juridische kwestie en wilt u rechtszaken voor zijn? Neem dan contact met ons op:

Contact

Wij overleggen graag met u, praten graag over de ins and outs van uw situatie en geven u graag advies. Voor een kennismaking of eerste gesprek brengen wij geen kosten in rekening.